Het zou een
prachtige dag kunnen worden. Alles is er: augustuszon, spannend boek, koffie en
een zachte stoel. De achtertuin wenkt mij. Nauwelijks heb ik mij geïnstalleerd
of een luide telefoontune klinkt over de
heg. Daarna hoor ik de wat lijzige stem van de buurvrouw: ‘Ja, dank je wel.
Nou, heerlijk hè? Ja, die komen straks ook. Nou, goh, leuk dat je even belde.’
Ik lees verder en
probeer me af te sluiten voor de geluiden om mij heen. Dat gaat goed totdat de
kleinkinderen van de buurvrouw zich met een luid ‘lang zal ze leven’
aankondigen. Vanaf dat moment vult haar tuin zich met een groeiend aantal
verjaardagsgasten.
‘Hallo, daar zijn we
dan,’ hoor ik een mannenstem zeggen.
‘Ta-tata…waar is de
jarige Job?’ vraagt een vrouw met een Duits accent.
‘Lang zal ze leven,’
zingt iemand vanaf een verre straathoek.
Het belooft daar een
gezellige middag te worden, met veel harde stemmen want de buurman hoort niet
meer zo goed. Met enig fanatisme roer ik in mijn koffie en dwing mijzelf om me
niet te ergeren aan de verstoorde zondagsrust. Die ene alinea kan ik toch
gewoon nog een keer lezen?
-Hoe oud ben je nou?
-83
-Oh, 83. Ik dacht
84. Hoor je dat Juul? Ze is pas 83.
-Wat zeg je?
-Ze is pas 83.
-Oh, 83. Ik dacht
84.
Ondertussen is de
zoon in gesprek met de vader. Ik herken zijn stem. Hij vertelt over zijn tocht
met een luchtballon. ‘Je gaat omhoog. Net als in een lift. En dan ga je over de
tuinen en dan zie je de mensen zitten.’
‘Is dat niet eng?’, vraagt vader.
‘Nee, het is net als
in een lift. Je gaat heel rustig omhoog en dan zo over de tuinen en dan zie je
de mensen zitten.’
‘Niks voor mij.’
‘Als jij je weer
beter voelt dan gaan we samen een keer.’
‘Niks voor mij,’ zegt
de vader.
De buurman van een
paar huizen verderop komt langs. ‘Volgens mij is er hier iemand jarig’, schreeuwt hij over iedereen heen. Hoe raadt hij het zo?
‘Wilt u auch taart?’,vraagt
de vrouw met het Duitse accent. Ja, hij wil wel taart.
-Nee, de buurvrouw is geen 84.
-Ja, een ballonvaart
is heel leuk en niet eng.
-Ja, ik ook graag taart.
Niet zo’n groot stuk hoor.
-En heb je al
gehoord dat onze Henk weer uit het ziekenhuis is?
-O ja? Hoe oud is
Henk eigenlijk?
-86.
-Oh, 86?
-Ja, 86.
-Wie lust er nog een
stukje taart?
Iedereen praat nu
door elkaar en met enige regelmaat voegen zich nieuwe gasten aan het gezelschap
toe. ‘Lang zal ze leven’ en ‘Hieperdepiep hoera’ schalt herhaaldelijk over de
heg. Na de zesde aubade zingt er niemand meer mee en de nieuwkomer
hieperdepiept zelf maar wat in het wilde weg.
Hoe vaak kun je een
alinea opnieuw lezen zonder dat de ergernis de concentratie onmogelijk maakt? Na drie keer is mijn geduld op. Het is
inmiddels half 12 en ik klap het boek dicht. Binnen is het koel en stil. Ik
installeer mij op de bank met een bakkie troost. Het had zo’n mooie dag kunnen
zijn…
'Het verhaal is goed en zorgvuldig opgebouwd en vormt ook een hecht geheel. Maar een column is het niet echt. Het belangrijkste is evenwel dat je met je tekst aantoont dat je kunt schrijven.'
BeantwoordenVerwijderenDag, Wim(Daniëls)